Dit rapport van het CFPB gaat in op de vraag waarom medewerkers drukte ervaren in de werkomgeving, en hoe deze ervaring verschilt van objectieve maatstaven zoals bezetting. Het CFPB voerde meerdere studies uit om inzicht te krijgen in de factoren die bijdragen aan de subjectieve beleving van drukte en biedt oplossingen om kantoren aangenaam druk te maken.
Objectieve maat versus ervaren drukte
Een centrale bevinding is dat bezetting, de objectieve maat voor het aantal aanwezige mensen, niet noodzakelijk overeenkomt met de ervaren drukte. Terwijl facilitaire managers bijvoorbeeld een bezetting van 75% als ‘optimaal’ beschouwen, kunnen werknemers ditzelfde percentage als te druk of juist aangenaam ervaren. Deze subjectieve perceptie wordt beïnvloed door fysieke kenmerken van de ruimte, zoals akoestiek en openheid, maar ook door sociale factoren zoals interactie met collega’s en persoonlijke eigenschappen zoals prikkelgevoeligheid.
Geluidsoverlast open kantoren
Het rapport introduceert een model dat laat zien hoe fysieke, sociale en persoonlijke factoren samen bijdragen aan drukte-ervaringen. Zo wordt geluidsoverlast genoemd als de meest voorkomende oorzaak van negatieve ervaringen, vooral in open kantoren. Het bieden van stille zones en ruimtes voor geconcentreerd werk kan deze ervaringen sterk verbeteren. Sociale aspecten, zoals het kunnen werken in de buurt van bekende collega’s, spelen eveneens een grote rol. Medewerkers ervaren kantoren pas als echt druk wanneer ze niet op hun voorkeursplek kunnen werken, ongeacht het aantal beschikbare werkplekken.
Productiviteit en welzijn ondersteunen
De resultaten benadrukken het belang van een holistische benadering bij het ontwerpen van werkomgevingen. Organisaties wordt aangeraden om werkplekken te diversifiëren, verwachtingen te managen en flexibele werkafspraken te maken. Door deze inzichten te integreren, kunnen bedrijven werkomgevingen creëren die zowel productiviteit als welzijn ondersteunen.